
OOK-recensie: De zoon in de man
Jacob, de ik-persoon in het boek, verloor zijn zoon Stefan (23) aan zelfdoding. Stefan was de oudste van drie zoons van Jacob en zijn vrouw Janneke. Stefan was een uitermate intelligente maar ook zeer onzekere jongen. Hij studeerde Natuurkunde en slaagde cum laude zowel voor zijn Propedeuse als voor zijn Bachelor. Nu zou hij afstuderen, waarschijnlijk weer cum laude. Familie en vrienden waren uitgenodigd voor de plechtigheid. Een restaurant was besproken. Een feestzaal geregeld.
Maar Stefan raakt in paniek. Het ingeleverde afstudeerverslag was niet goed genoeg. Er zaten fouten in de berekeningen. De avond voor zijn afstuderen neemt hij een fatale beslissing. Hij beneemt zich het leven. Zijn ouders en broers blijven niet-begrijpend achter.
“De beslissing…is zo volstrekt onlogisch. Er waren zoveel alternatieven voorhanden, zelfs als je wordt bevangen door ultieme paniek. Waarom heeft hij de presentatie niet gewoon uitgesteld, of desnoods de trein naar Parijs gepakt?”
Jacob besluit tot een pelgrimage. Eerst te voet over het Jacobspad richting Santiago de Compostella. Later per fiets het Franciscus pad naar Rome, de stad waar Stefan met klasgenoten zo intens van heeft genoten.
Jacob heeft een positieve en spirituele levenshouding. Tijdens de pelgrimage staat hij open voor verdriet, maar ook voor de schoonheid van natuur en cultuur. En altijd is Stefan bij hem. Zoals in Brienne-le-Chateau. Jacob is op zoek naar een fietsenzaak. Zijn band is versleten. Maar niemand kan hem helpen. Dan biedt een wat sjofele jongeman hulp aan. ‘Volg mij maar’, zegt hij. Ze komen bij een werkplaats en de jongeman legt Jacobs probleem uit. ‘Het is in orde, loop maar met hem mee’, zegt de jongeman en weg is hij. ‘Wie was dat, vraagt Jacob aan de man. ‘Geen idee’, is het antwoord.
Niet veel later heeft Jacob een nieuwe band om zijn wiel. Al fietsend ziet hij de jongeman plotseling lopen. ‘Hé bedankt’ , roept hij. De jongeman zwaait, maar loopt door. ‘Wil je wat drinken?’ De jongeman zwaait weer en loopt door. ‘Hoe heet je?’, roept Jacob. De jongeman is al bij de hoek als hij nog iets roept. Het klinkt als Stefano.
Aangekomen in Rome gaat Jacob op zoek naar de Pietà van Michelangelo. Het beeld raakt hem in zijn ziel: ‘Mijn knieën knikken en ik zijg neer op de grond …Ineens huil ik. Ik zie niets meer en voel niets meer, maar ik kan mijn tranen bijna horen. Zo had ik jou willen vasthouden, moeten vasthouden…En ik denk aan die nacht, die van de nieuwe onbekende ik, met dat mankement, maar ook met dat diepere, als iets van een zegen.’
De zoon in de man is een spiritueel en positief autobiografisch boek. Het toont de worsteling van een man om de tragische dood van zijn zoon in zijn leven te verweven. Maar Stefan is altijd dichtbij om Jacob in dit proces te vergezellen. De schrijver slaagt erin om deze verwevenheid tussen vader en zoon, tussen dood en leven, zichtbaar te maken. Jammer is wel dat de lezer eigenlijk weinig te weten komt over Stefan als mens en over de relatie tussen Stefan en Jacob gedurende de tijd dat Stefan nog leefde. Zelf had ik daarover meer willen weten.
Adri Zuiderwijk
Pieter Franszen – De ZOON IN de MAN
Uitgeverij Lineke Eerdmans, 2020
Meer informatie over het boek via deze website